Zwitserland
De bondsstaat Zwitserland ligt in Midden-Europa en wordt omringd door Duitsland, Oostenrijk, Italië, Liechtenstein en Frankrijk.
Landschap
Het hoogste punt van Zwitserland is de Dufourspitze met een hoogte van 4634 m. Ascona ligt op een hoogte van 196 meter en is daarmee de laagst gelegen plaats. Circa 60% van het land wordt bedekt door de Alpen met een gemiddelde hoogte van 1700 meter. De Matterhorn, Jungfrau en de Eiger zijn enkele bekende bergen in Zwitserland. De Alpen wordt door een oppervlakte van ca 3000 km² bedekt met gletjser en eeuwige sneeuw. De Grosse Aletschgletsjer is met een oppervlakte van 115 km² de grootste gletsjer. Onder de 2000 meter komen over het algemeen geen gletsjers voor. De Alpen zijn tot een hoogte van 2000 meter grotendeels bedekt met bossen. Het Alpenmassief wordt doorsneden door de dalen van de rivieren de Rhône en de Voor-Rijn.
Het Juragebergte in het noordwesten van Zwitserland neemt ca 10% van het land in. De Jura varieert in hoogte van 700 – 1600 meter met rijk begroeide hellingen en bergruggen. De Zwitserse hoogvlakte (Mitteland) is een heuvelachtig gebied van ca 600 meter tussen de Jura en de Alpen is. In dit gebied liggen ook de meeste steden en landbouwgronden.
Zwitserland wordt doorkruist door vele rivieren, waaronder de Rijn, Rhône, Ticino en de Aare. De Rijn is met een lengte van 375 km de langste rivier, slechts 5% hiervan is bevaarbaar. In Zwitserland zijn circa 1600 meren en meer dan 1000 watervallen te vinden. De grootste waterval van Europa ligt bij Schaffhausen. Het Meer van Genève is met een oppervlakte van 582 km² het grootste meer. Ook het Bodenmeer en het Lago Maggiore bevinden zich in Zwitserland.
Flora & fauna
De berghellingen in Zwitserland zijn rijkelijkbegroeid met bossen. Oeverbossen komen voor langs de rivieren. In het Mittelland zijn bomen te vinden, zoals de fijnspar en de beuk, samen met de zomereik, esdoorn, linde en es. In de Jura komen op de hellingen een gemengd bos voor met esdoorns en beuken op de lagere hellingen en fijnsparren en zilversparren op de hogere hellingen. De boomgrens ligt tussen de 1800 en 2800 meter, dit is afhankelijk van het klimaat ter plekke. Struikvormige begroeiing met bosbes, bergden, beredruif, alpenroosje en groene els vormen de overgang tussen de bossen en de alpenweiden. Boven de boomgrens op de alpenweiden groeien anemonen, sleutelbloemen, edelweiss, orchideeën en gentiaansoorten. Op hogere delen groeien op de rosten korstmodden en kussenplanten in de rotsspleten.
Er leven vele dieren rond rivieren, beken en meren, zoals zoogdieren, amfibieën, vissen en vogels. De vlagzalm, rivierdonderpad en beekforel komen in de snelstromende rivieren voor. De waterspreeuw komt veel voor langs deze rivieren. In rustig stromend water komt de winde, barbeel en riviergondel voor. In de bossen in Zwitserland komen veel reeën voor en minder edelherten. In de Jura en de Voor-Alpen komen in de bossen vossen, wilde katten, wilde zwijnen, dassen en boommarters voor. Aspisadders, esculaapslangen, adders en smaragdhagedissen komen veel voor. Enkele bosvogels zijn de uilen, kruisbek en diverse soorten spechten. De roofvogels die voorkomen zijn de havik, buizerd, sperwer, boomvalk en wespendief. Rond de boomgrens leven de hazelhoen, notenkreker, auerhoen en korhoen.
De alpenmarmot leeft in ondergronde burchten in het hooggebergte. Op de grens van alpenweide en rosthellingen is de gems te vinden, de steenbok komt op hoger gelegen delen voor, net als de sneeuwhaas en de sneeuwhoen.
Het dierenrijk heeft in Italiaans Zwitserland een Noord-Italiaans-Mediterraan karakter. Hier zijn onder meer de blinde mol, Italiaanse mus, Italiaanse egel, kleine schorpioenen en de smaragdhagedis. Veel voorkomende vogels in de Alpen zijn de sneeuwvink, steenarend, alpenkraai, rotskruiper en rotspieper. Tot op grote hoogte komen amfibieën als de pad, bruine kikker en Alpensalamander voor.
Hoofdstad
Omdat Zwitserland geen stad als economisch en centralistisch middelpunt wil aanstellen, heeft Zwitserland geen officiële hoofdstad.
Bern is de bondsstad van Zwitserland met een oppervlakte van 51 km² en ca 130.000 inwoners. Bondstad betekent dat in Bern het bestuur van de bond en de overheid zijn gevestigd.
Taal
In Zwitserland zijn 4 hoofdtalen: Duits, Italiaans, Frans en Raeto-Romaans. Al deze talen zijn officieel en rechtsgelijk. Het grootste deel van de bevolking is tweetalig.
Klimaat
Zwitserland kent 4 klimaten: het hooggebergteklimaat in de hoogste gebieden, een koud landklimaat in de middelhoge gebieden, een gematigd landklimaat in de lagergelegen delen en een mediterraan klimaat in het
uiterste puntje van Ticino.
| |
|
|
gem. max.
temp. (°C)
|
gem.
min.
temp. (°C)
|
gem. zonuren
per dag
|
|
januari
|
1
|
-4
|
2
|
|
februari
|
4
|
-2
|
3
|
|
maart
|
9
|
0
|
4
|
|
april
|
14
|
3
|
5
|
|
mei
|
19
|
8
|
6
|
|
juni
|
22
|
11
|
7
|
|
juli
|
24
|
14
|
7
|
|
augustus
|
23
|
13
|
6
|
|
september
|
20
|
10
|
5
|
|
oktober
|
13
|
5
|
3
|
|
november
|
7
|
1
|
2
|
|
december
|
3
|
-2
|
1
|
Praktische informatie
